Robert Van Den Herik, voortdurend experimenteren en leren

Robert Van Den Herik, voortdurend experimenteren en leren

Olimpia Gaia Martinelli | 24 sep 2022 10 minuten gelezen 1 opmerking
 

De combinatie van zijn aangeboren neiging om dingen anders te benaderen, zijn perspectief te verleggen, zijn impuls om uit te zoeken of iets ook anders kan werken enerzijds, en zijn esthetisch gevoel anderzijds, hebben Robert Van Den Herik dichter bij design en kunst in het algemeen gebracht...

Wat heeft je ertoe aangezet om kunst te benaderen en kunstenaar te worden (gebeurtenissen, gevoelens, ervaringen...)

Mijn familie - van kindsbeen ben ik geïnteresseerd in kunst en design. Deze interesses kreeg ik mee van mijn ouders, zij hadden een moderne blik op de wereld, reisden veel, hielden van design, kleedden zich hip en modieus.  Ik werd niet onmiddellijk aangetrokken door moderne kunst zoals bijvoorbeeld Cobra. Wel hield ik van het magisch realisme en het surrealisme, ik had één uitgesproken favoriet: Carel Willink.  Zijn werk vond ik zeer fascinerend. Verder hield ik van Salvador Dali.

Mijn opa was schilder, dat vond ik superleuk…. als je een object beschildert, dan ziet het er lekker fris en nieuw uit. De geur van verf… in zijn wereld voelde ik me thuis.

Mijn vader werkte in de medische sector als patholoog anatoom, het werd vanzelfsprekend gevonden dat ik hem zou opvolgen. Op dat moment nam ik me voor dat, als ik met pensioen zou gaan, ik zou gaan schilderen, en wel zoals mijn toonbeeld Carel Willink.

Mijn opleiding aan de Design Academy - ik hield altijd al van mooi vormgegeven producten, maar was ook erg geïnteresseerd in nieuwe en oude productiemethoden. Redelijk vroeg, ik was toen nog geen dertig jaar oud, ben ik gestopt met werken, en een lang gekoesterde wens gaan uitvoeren: ik startte mijn studies aan de Design Academy Eindhoven (Nederland). Dat was een openbaring, ik voelde mij als een vis in het water. Zowel het ontwerpproces, de vormgeving als het productieproces bleken me goed te liggen; ik was toen helemaal in de ban van de Memphis stijl en heb diverse elektrische huishoudelijke producten ontworpen.

De opleiding heeft ervoor gezorgd dat ik tegelijk meer contact én meer inzicht kreeg in de kunstwereld, de verschillende kunststijlen en technieken.

Mijn ingesteldheid - De combinatie van mijn aangeboren neiging om de dingen anders te benaderen, om mijn perspectief te verplaatsen, mijn drang om uit te zoeken of iets ook op een andere manier kan functioneren, enerzijds, en mijn zin voor esthetiek anderzijds, brengt me dicht bij design en kunst in het algemeen.

Dit kwam onder meer tot uiting toen ik een dochter kreeg, een alternatieve manier bedacht om haar te baden en hiervoor een nieuwe standaard ontwierp: het Shantala babybadje. Het badje werd in massaproductie genomen (intussen heb ik het patent verkocht) en wordt nog steeds wereldwijd verkocht.

Na mijn opleiding startte ik een eigen onderneming en ontwierp, meubels, sfeerlampen voor binnen en buiten, tuindecoratie. Ik vervaardigde alles met de hand, waarbij het esthetische het vaak won van het functionele.

Om medische redenen kon ik dit niet volhouden en ging mijn ultieme droom eindelijk in vervulling: hele dagen schilderen.

Wat is je artistieke reis, technieken en onderwerpen waar je tot nu toe mee geëxperimenteerd hebt?

De techniek: In de beginfase werkte ik met acrylverf op doek. Maar al snel wilde ik het productieproces zelf in de hand hebben, dus vrij snel experimenteerde ik met de ondergrond. Het doek werd vervangen door triplex plaat. In een later stadium door MDF en tenslotte hardhoutplaat.

De platen voorzie ik van diverse lagen gesso. Deze basis moet voor mij zo vlak mogelijk zijn.

Sinds vorig jaar schilder ik met olieverf. Ik vind dit subliem. Ik ben nog steeds aan het experimenteren. Nat in nat of diverse lagen. Momenteel geniet laag over laag mijn voorkeur.

Tevens als leerproces schilder ik vaak de zee, wolken, het strand, ook dit biedt me een technische uitdaging, ik onderging meerdere online opleidingen vooraleer ik tevreden was over het resultaat, ik leer nog elke dag bij.

Het onderwerp: In het begin ging mijn voorkeur vooral uit naar iconische vormen, bergachtige futuristische landschappen, desolate landschappen, vaak ook nachtelijke taferelen.

Heel vaak integreer ik een zelf ontworpen meubels in mijn schilderijen.

Ook mijn voorliefde voor ‘klassieke’ vormen is kenmerkend: een zuilengang, de kasbah, een kerk of schaakbord, een geruit patroon, krijgen vaak een prominente rol.

Ik experimenteer graag met het contrast tussen dag en nacht, tussen bodem en lucht. Ik maak wel eens twee versies van eenzelfde schilderij: een nachtelijke versie in uitsluitend zwart-wit tinten, en een versie in kleurrijk daglicht.

Wat zijn 3 aspecten die jou onderscheiden van andere kunstenaars, waardoor jouw werk uniek is?

Zeer vaak integreer ik in mijn schilderijen een object dat ik zelf heb ontworpen, meestal een meubel.

De achterkant van het schilderij wordt ook geschilderd: in het zwart en voorzien van een kader met titel, handtekening en datum. Ook mijn staande lamp wordt op elke achterzijde geschilderd.

De surreële maar toch harmonisch-desolate setting waarbij je vanaf een zandvlakte, een zicht hebt op de aarde of een setting van planeten die niet realistisch is, of alleen eventueel mogelijk in een nabije of verre toekomst, is een belangrijk element in mijn schilderijen.

De kleuren die ik gebruik zijn kenmerkend: de zandkleur komt veelvuldig voor.

Waar komt je inspiratie vandaan?

Mijn vroegere reizen naar Marokko en de eilanden in de Middellandse zee, met hun prachtige Marokkaanse en antieke architectuur, ze hebben me zeker inspiratie geboden. Ook ontmoetingen brengen nieuwe inzichten en interesses.

Maar al bij al komen de ideeën vanzelf aanwaaien, ze zijn er altijd en overal, zitten in mijn hoofd te wachten op realisatie, ik hoef daar niet veel voor te doen.

Als ik een nieuw schilderij wil maken dan neem ik mijn schetsboek, maak een hele reeks schetsen, en kom tijdens deze fase weer op andere ideeën. Het schilderij wordt vooraf tijdens het schetsen al helemaal bepaald.

Wat is de bedoeling van je kunst? Welke visies, sensaties of gevoelens wil je bij de toeschouwer oproepen?

Hier sta ik niet echt bij stil. Ik doe wat ik niet laten kan en verbeeld de dingen waar ik van hou. Het zou me plezier doen als de toeschouwer ziet of ervaart dat je de dingen anders kan zien als je perspectief verandert.  Dat is mijn leidraad en uitdaging: de dingen in een ander perspectief plaatsen, laten zien dat alle dingen ook anders kunnen.

Ik hoop dat de toeschouwer geraakt wordt door een dromerige verre wereld die op het eerste gezicht desolaat en melancholisch is, maar ook getuigt van een stille en zachte harmonie.

Hoe verloopt het creatieproces van je werken? Spontaan of met een lang voorbereidend proces (techniek, inspiratie uit kunstklassiekers of anderszins)?

De ideeën ontstaan spontaan. Ik weet welke onderwerpen me boeien, sommige zijn constanten, andere komen erbij naar aanleiding van een reis of ontmoeting, die probeer ik te integreren. De uitvoering van deze ideeën gebeurt doordacht en gestructureerd.

Ik maak altijd eerst een groot aantal schetsen en besteed veel aandacht aan de compositie en aan het perspectief. Daarna wordt het formaat bepaald, de hardhoutplaat op maat gezaagd, een eerste laag wordt aangebracht, hierop breng ik de definitieve schets aan. Daarna schilder ik met olieverf, laag over laag, soms nat in nat.

Ik draag een katoenen schort, om te beletten dat er draadjes uit mijn wollen trui in de verf zouden terecht komen. En alhoewel ik wat angstig ben voor kattenharen op het doek, zit de kat genaamd Vinci toch heel vaak naast mij. Op de achtergrond draait steeds klassieke muziek, bij voorkeur Bach of Chopin.

Aan welke technieken geeft u de voorkeur? Zo ja, kunt u dat toelichten?

Vakmanschap en kwaliteitsvolle materialen staan bovenaan, alsook mijn voorkeur om zoveel als mogelijk zelf te maken, ook het kader en het paneel. Verzagen, verlijmen, grondlagen aanbrengen.

Schilderen doe ik met olieverf. Zowel olieverf als penselen zijn van de hoogste kwaliteit.

Ook besteed ik veel aandacht aan compositie en perspectief, de onderwerpen worden gedetailleerd geschilderd, zonder vervormingen. Ik gebruik warme tinten.

Zijn er vernieuwende aspecten aan uw werk? Kunt u ons vertellen welke?

Ik denk dat je mijn schilderijen authentiek mag noemen, ze ademen eenvoud en eerlijkheid uit in veelal dromerige beelden. Wellicht bieden ze toch een reflectie van deze tijd met zijn koers naar verval en zijn nood aan stilte en eenvoud.

Ik hou ervan de materialen te voelen, het ambacht te ondergaan, ideeën te laten samensmelten, het perspectief te veranderen, dit komt tot uiting in de weergave van spanning in de combinatie van materialen die ik schilder: hout, stenen vloeren, zand, water enzovoort.

Heb je een formaat of medium waar je je het prettigst bij voelt? Zo ja, waarom?

Mijn voorkeur gaat uit naar een formaat met verhouding 2/3, naar een benadering van de gulden snede, het brengt evenwicht en harmonie.

Toch werk ik soms, en ook graag, met vierkanten panelen. Bij deze panelen laat ik aan de voorzijde een brede rand open, die vul ik op, onder andere met een cementen laag, als omlijsting.

Waar maak je je werk? Thuis, in een gedeelde of privé studio? En hoe is uw productie georganiseerd binnen deze ruimte?

Tot voor kort huurde ik een atelier in Maastricht (Nederland), in de oude fabrieken van het MOSA.

Toen ik om gezondheidsredenen niet meer mocht autorijden, heb ik mijn atelier thuis ingericht.  Schetsen doe ik aan een extra grote zelfontworpen tafel met ingelegd glazen blad. Op een andere tafel liggen verf en penselen. Het schilderen zelf doe ik aan een oude grote Revolt tekentafel  van Friso Kramer, deze kan ik in diverse posities verstellen, wat voor mij ideaal is. Sommige schilderijen worden van een houten kader voorzien, ook deze ontwerp ik zelf, uiteraard in een andere (buiten-) ruimte.

Brengt uw werk u ertoe te reizen om nieuwe verzamelaars te ontmoeten, voor voorstellingen of tentoonstellingen? Zo ja, wat levert het u op?

Sinds een aantal jaren reis ik nog zeer weinig. Quasi al mijn aandacht gaat naar het schilderijen zelf.

Hoe stelt u zich de evolutie van uw werk en uw figuur als kunstenaar in de toekomst voor? 

Ik hoop erkenning en waardering te vinden zowel voor mijn vakmanschap, mijn inzet en mijn stijl. Het schilderen zie ik als mijn belangrijkste missie, ik ben er voor in de wieg gelegd, dat voel ik en dat geeft me rust en voldoening. Ik hoop dat de kijker ook rust en voldoening vindt.

Wat is het onderwerp, de stijl of de techniek van uw laatste artistieke productie?

Op dit moment schilder ik een buitenaards zicht met op de voorgrond mijn staande lamp met blokjesmotief, de lamp staat in het zand, het is nacht en de lucht pikzwart, in de verte de grote rijzende aarde en enkele andere planeten. Het schilderij geeft een dromerige weemoedige indruk. Geschilderd met olieverf op MDF-plaat.

Kunt u ons vertellen over uw belangrijkste tentoonstellingservaring?
Meerdere malen heb ik mogen tentoonstellen in Maastricht in de gebouwen van de SAM Decorfabriek, waar ik ook een tiental jaren een atelier had. Dit zijn oude fabrieksgebouwen , de ruimtes zijn immens groot, hoog, met een mooie betonnen vloer, extreem veel lichtinval van sheddaken, dit gaf mijn kunstobjecten (ik stelde meestal zowel meubelen, lampen als schilderijen tentoon) een extra dimensie.

Als u een beroemd werk uit de kunstgeschiedenis had kunnen maken, welk werk zou u dan kiezen? En waarom zou je het kiezen?
Dat zou een schilderij van Carel Willink kunnen zijn, bijvoorbeeld “Simeon de zuilenheilige” uit 1939.  Wat me in dit schilderij aanspreekt zijn het contract tussen de donkere dreigende lucht en de lichtheid van de stenen vloer, de zuilen, het vakmanschap dat eruit spreekt, het contrast tussen het dreigende en het serene, de statige sfeer die het oproept, de dramatische schoonheid die vervat zit in geschiedenis en verval.


Maar het zou ook een werk van Pierre-Auguste Renoir kunnen zijn, bijvoorbeeld “Chemin montant dans les hautes herbes” uit 1875. Ik ben een grote liefhebber van het impressionisme in het algemeen en in het bijzonder van Renoir. Dit schilderij spreekt me aan omdat het de kunst verstaat uitdrukking te geven aan een haast ondraaglijke speelse lichtheid en vrolijkheid, door het contrast in de kleuren en de zwierigheid van de penseelstreken.

Als je een beroemde kunstenaar (dood of levend) zou kunnen uitnodigen voor een diner, wie zou het dan zijn? Hoe zou je hem/haar voorstellen om de avond door te brengen?

Dat zal dan ongetwijfeld Carel Willink zijn. Overigens heb ik hem al eens ontmoet, ongeveer 40 jaar geleden. Ik was in Amsterdam, hij zat aan het tafeltje naast me maar ik vond het op dat moment ongepast om hem te onderbreken. Anno 2022 zou het anders zijn gegaan…

Ik zou Carel Willink uitnodigen voor een diner, zelf koken voor hem, bij voorkeur vegetarisch Indisch of Libanees, zorg dragen voor sfeer, misschien kunnen we vooraf tezamen naar muziek luisteren; achteraf eventueel een wandeling maken naar het prachtige kasteel in de nabije omgeving. Ik zou hem uitgebreid complimenteren en nieuwsgierig informeren naar zijn inspiratiebronnen en de door hem toegepaste technieken.

Bekijk meer artikelen

Artmajeur

Ontvang onze nieuwsbrief voor kunstliefhebbers en verzamelaars